De straf op het wegmaken van een lichaam moet omhoog, stelt BBB-Kamerlid Lilian Helder. Op dit moment kan een rechter maximaal twee jaar cel opleggen voor het verborgen houden van een lijk, maar veel nabestaanden ervaren deze strafmaat als te laag en onrechtvaardig. Helder pleit daarom voor een verdubbeling van de straf naar vier jaar.
De huidige wetgeving neemt het leed van nabestaanden onvoldoende mee in de bepaling van de strafmaat. Veel nabestaanden geven aan dat het verlies van een dierbare zwaarder voelt wanneer het lichaam niet kan worden gevonden of een begrafenis onmogelijk is, wat rouwverwerking belemmert en onzekerheid creëert. “Wat ons betreft moet het leed van nabestaanden expliciet worden opgenomen in de wet als reden om de strafmaat te verhogen. De wetenschap dat het lichaam van hun dierbare mogelijk nooit gevonden wordt, verlengt hun verdriet en onzekerheid enorm,” aldus Helder.
BBB vraagt de minister van Justitie en Veiligheid of hij bereid is de maximale strafmaat te verhogen en in de wet rekening te houden met de moderne rol en rechten van slachtoffers en hun families. Helder: “Voor ons is het essentieel dat de straf voor het wegmaken van een lichaam niet alleen afschrikt maar ook recht doet aan de impact op nabestaanden.”
