Wet Werken Waar Je Wilt verworpen door Eerste Kamer

Afbeelding Pixabay

Met meerderheid aangenomen in de Tweede Kamer

Hoewel de wet in de Tweede Kamer met een ruime meerderheid was aangenomen, heeft de Senaat deze nu verworpen.

De BBB heeft 16 (van de 75) zetels in de Eerste Kamer en deze partij stemde tegen. Senator van Gasteren van de BBB stelde dat uit onderzoek blijkt dat werkgevers en werknemers 'er samen wel uit komen'. BBB denkt dat werkgevers waar dit nog niet goed gaat, op termijn vanzelf wel afspraken over thuiswerken zullen gaan maken met hun werknemers.

Opvallend is dat ook de VVD (10 zetels) tegen stemde, want in de Tweede Kamer stemde de VVD voor het wetsvoorstel.

Wetsvoorstel ingediend door D66 en GroenLinks

Het wetsvoorstel werd op 27 januari 2021 ingediend door Tweede Kamerleden Van Weyenberg (D66) en Maatoug (GroenLinks). De Wet Werken Waar Je Wilt moest de Wet flexibel werken wijzigen om daarmee werknemers meer vrijheid te bieden in hoe zij de balans tussen het werken op werklocatie en het werken thuis willen organiseren. Aanvragen om aanpassing van de arbeidsplaats moesten dan op eenzelfde manier worden behandeld als een verzoek om aanpassing van de werktijd of arbeidsduur.

Twijfels over nut en noodzaak van de wet

Tijdens het debat in de Eerste Kamer werd duidelijk dat vele fracties het voorstel sympathiek vonden, maar dat er ook twijfels waren over nut en noodzaak van de wet. Senatoren betwijfelden of de wet nodig is, omdat werknemers en werkgever in de praktijk al afspraken maken, wanneer een werknemer thuis wil werken. 
Daarnaast waren er zorgen over de extra regeldruk voor werkgevers en onduidelijkheden voor werknemers in grensregio's, gezien de specifieke regelingen die tijdens de coronaperiode voor hen waren ingesteld.